De ondertekening van het akkoord van de 5+1 met Iran wat betreft diens kernprogramma treffen het Nabije Oosten diep, en dien ten gevolge de wereldorde. Terwijl de internationale commentatoren uiterst onzeker zijn over wat er nu zal volgen, ga ik door met mijn analyse op basis van wat ik in de loop van de onderhandelingen heb gepubliceerd.

Na de oppositie in Cuba te hebben geneutraliseerd is het neutraliseren van de Iraanse oppositie een meesterstuk voor Barack Obama want daardoor zijn Rusland en China geïsoleerd. Inderdaad, gaat het hier werkelijk om een neutralisering: hoewel Iran niet geheel het anti-imperiale ideaal van Ali Shariati en imam Rouhollah Khomeiny heeft losgelaten, het heeft ervan afgezien een conflict met de Verengde Staten uit te lokken om zijn revolutie buiten zijn grenzen uit te breiden.

Hoewel men de verschillende bijkomende bilaterale schikkingen tussen Washington en Teheran nog niet kent, ziet men —in één week— dat een nieuw landschap zich begint te ontrollen dat voorlopig overeenkomt met mijn prognoses [1].

 Terwijl de Amerikaanse politici zich onderling in de haren vliegen om te weten of ze dit akkoord zullen ondersteunen of niet, heeft Iran zich teruggetrokken uit Aden, welke stad onmiddellijk in de handen is gevallen van de Verenigde Arabische verdedigingskracht, d.w.z. —in tegenstelling tot wat zijn naam schijnt aan te geven— van Israël en Saoedi Arabië. Zodoende komt de zeestraat van Bab el-Mandeb terug onder de controle van de Navo. De Saoedische Ben Laden Group zal een brug over de Rode Zee kunnen bouwen om Jemen aan Djiboeti te verbinden. Israël en Saoedi Arabië zullen de natuurlijke grondstoffen van Ogaden (Ethiopië) kunnen exploiteren.

 In Libanon is Michel Samaha, die sinds 2012 gevangen zit voor het voorbereiden van terroristen acties in zijn land op bevel van de Syrische president Bachar el-Assad en van generaal Mamelouk, hoofd van de Syrische geheime diensten, plotseling van zijn bekentenissen teruggekomen. Hij heeft ook de door de Libanese politie (FSI) geproduceerde voor hem belastende video’s in twijfel getrokken, en heeft geëist dat deze in hun geheel moeten worden gepubliceerd, hetgeen de interpretatie ervan geheel zou kunnen weinigen. Op deze manier zou M. Samaha tijdens zijn militaire cassatie proces op 17 september de vijanden van Syrië hun enige argument tegen dit land kunnen ontnemen. Want na de ineenstorting van de anti-Syrische ten laste legging in de Hariri affaire, is de Samaha affaire de enige die Bachar el-Assad’s land van terrorisme kan doen beschuldigen.

 De bijna gelijktijdige arrestatie van 29 hulpverleners in Turkije en van 431 jihadisten in Saoedi Arabië zijn de eerste betekenisvolle acties van Ankara en Ryad tegen Daesh. Hoewel het nog veel te vroeg is om te zeggen of deze twee Staten werkelijk hun leiding gevende rol voor de eerste en hun financiering voor de tweede zullen opgeven, ze schijnen wel die richting in te gaan. Hun objectief zou niet de vernietiging van Daesh zijn, maar diens verjaging uit het Nabije Oosten. Bovendien zou de Amerikaanse Staatssecretaris van defensie Ashton Carter op 21 juli in het gebied moeten aankomen om de door de Samenwerkingsraad van de Golfstaten van 14 mei in Camp David genomen beslissingen te doen uitvoeren, d.w.z. om de Verenigde Arabische verdedigingskracht de middelen te verschaffen tegen Daesh te strijden.

Meerdere potentiële partijen zijn er nog niet bij betrokken, met name de Europeanen. Het is niet heel waarschijnlijk dat deze zich zullen verzetten tegen de toepassing van het akkoord, in tegendeel, ze zouden moeten proberen er een rol in te spelen. Met betrekking hiertoe heeft de Duitse minister van Buitenlandse zaken, Frank-Walter Steinmeier, de mogelijkheid geopperd de vrede in Syrië te begunstigen door het organiseren van een soort 5+1 conferentie over dit onderwerp. Zelfs als men niet goed de legitimiteit van een dergelijk idee ziet, zou dit soort initiatief Washington niet mishagen. Aan de ene kant zou dit hem de mogelijkheid geven gemakkelijker van zijn politiek t.o.v. Syrië te veranderen. En, aan de andere kant, zou het door de Europeanen bezette terrein zoveel te minder zijn voor Iran. In ieder geval is voor Barack Obama het moment gekomen om « in discussie te treden met de overwinnaar ».

Vertaling
Bart Ero

[1Men kan zich refereren aan mijn wekelijkse kronieken van deze laatste twee jaar. Met name deze zes artikelen: « Derrière l’alibi anti-terroriste, la guerre du gaz au Levant » (29 septembre 2014), « Hetgeen U niet weet omtrent de overeenkomsten tussen de V.S. en Iran » (6 avril 2015), « Wat zal er van het Nabije Oosten worden na het akkoord tussen Washington en Téhéran ? » (18 mai 2015), « De voorspelbare nederlaag van Frankrijk » (8 juin 2015), « De geheime plannen van Israël en Saoedi Arabië » (22 juin 2015), « Rusland haalt zijn kastanjes uit het vuur » (13 juillet 2015).