In één week zijn de zaken van president Erdoğan aanzienlijk versomberd.

In de eerste plaats zweeft de verdenking van zijn verantwoordelijkheid in de aanslagen van Parijs en Brussel boven zijn hoofd.

Eerst zou Turkije gepoogd hebben een chantage te plegen op president Hollande ten aanzien van diens gebroken belofte hem te helpen de « kwestie van de koerden op te lossen ».

Men zal zich herinneren dat in begin 2011 de Franse en Turkse ministers van Buitenlandse zaken, Alain Juppé en Ahmed Davutoğlu, een geheim verdrag hadden getekend die de condities van de te voeren oorlogen tegen Libië en tegen Syrië vaststelde. Nu voorzag één van de clausules van het verdrag de steun van Frankrijk om de « kwestie van de koerden op te lossen » zonder afbreuk te doen aan « de Turkse territoriale integriteit ». In andere woorden ging het erom een nieuwe Staat te creëren, dwars over de grens van Irak en Syrië, om daar de Turkse Koerden naar te verbannen. Dit project van etnische zuivering, dat overeenkomt met een oud plan van de Israëlische strategieën, werd gevalideerd door het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse zaken en gepubliceerd door Robin Wright in de New York Times, in september 2013.

Toen president Hollande aan de macht kwam had hij aangenomen dit plan te honoreren. Hiervoor had hij op 31 oktober 2014 Erdoğan officieel op het Élysée ontvangen, waar hij hem in het geheim Salih Muslim had doen ontmoeten, co-president van de YPG, aan wie men beloofde president van de nieuwe Staat te worden. Na de Koerdische overwinning van Kobanê op Daesh echter stemde Hollande zich af op de moderne tijd en veranderde zijn standpunt. Hij ontving officieel de andere co-presidente van de YPG, Asya Abdullah, die trouw was gebleven aan Öcalan van de PKK. Niet goed meer wetend wat te doen met de Koerden, besloot Hollande met de migrantencrisis als pretext de oorlog in Syrië breder te financieren. Tenslotte, toen Rusland zijn bombardement campagne begon, vervloog definitief de Israëlisch-Frans-Turkse luchtspiegeling van een pseudo Koerdistan. Om zich te excuseren stelde Hollande voor de oorlog in Syrië breder te financieren door jaarlijks 3 miljard euro van de Europese unie aan Turkije te storten, onder het voorwendsel van vluchtelingenhulp. Woedend zou Erdoğan toen de aanslagen van 13 november 2015 in Parijs opgedragen hebben.

In de tweede plaats hebben talrijke Europese Staten hun ergernis uitgesproken over de door Frankrijk aan de Unie opgedrongen politiek jegens Syrië. Een van de meest virulente tegenstanders zou België geweest zijn die, om zijn slechte humeur te tonen, politiek asiel heeft aangeboden aan leiders van de PKK. Het project van een pseudo Koerdistan scheen opnieuw mogelijk toen Rusland het terugtrekken van zijn bommenwerpers aankondigde, maar Frankrijk slaagde er niet in de Unie te overtuigen hem te steunen. In een over de televisie uitgezonden redevoering heeft Erdoğan toen België gedreigd bommen op zijn grondgebied te laten ontploffen, en droeg vervolgens de aanslagen van 22 maart 2016 in Brussel op.

De hypothese van de Turkse verantwoordelijkheid wordt gestaafd door de getuigenis van koning Abdallah van Jordanië op 11 januari jongstleden vóór de leden van het Amerikaanse Congres. Volgens de notulen van de ontmoeting, die nu op een gelegen moment zijn uitgelekt, heeft de koning verzekerd dat Erdoğan bezig was strijders naar Europa te verplaatsen om daar de jihad over te brengen.

En omdat een ongeluk nooit alleen komt heeft de onverbiddelijke procureur van Manhattan zojuist de Iraans-Azerbaijaans-Turkse zakenman gearresteerd die in Iran 2,8 miljard dollar had verdonkeremaand om de AKP te financieren.

Vertaling
Bart Ero
Bron
Al-Watan (Syrië)