Op 11 januari 2015 verenigden 56 Staats- en regerings-hoofden zich in Parijs, in een straat ter hoogte van métro Voltaire, om hun verzet tegen het terrorisme tot uitdrukking te brengen. Onder hen de bazen van Al-Qaeda en van Daesh, zoals Ahmet Davutoğlu.

Volgens de officiële voorstelling van zaken werden de aanslagen in januari en november 2015 verordend door Al-Qaeda in het Arabische schiereiland (AQPA) voor de executie van de redacteurs van Charlie-Hebdo, door Daesh voor alle anderen. De autoriteiten hebben toegegeven dat de eerste aanslag gecoördineerd was met die tegen de supermarkt van de Porte de Vincennes hoewel, volgens hen, de twee organisaties vijandig tegenover elkaar stonden en dat er twijfel bestaat over de claim dat Amedy Coulibaly tot Daesh behoorde.

Reuters had onthuld dat de in november gebruikte wapens afkomstig waren uit de fabriek Crvena Zastava, gelegen in Kragujevac (Serbië) [1]. Associated Press en de Palm Beach Post dachten dat de Serbische pistolen getransporteerd werden via Century International Arms, een aan de CIA verbonden firma in Florida [2], maar het persagentschap —niet het dagblad— heeft zich teruggetrokken [3].

Volgens het Kroatische dagblad Slobodna Dalmacija, zouden de voor de aanslag van januari tegen de supermarkt, en andere voor de aanslagen van november, gebruikte wapens ook komen van de Serbische fabriek Crevana Zavasta en via de zelfde doorverkoper Claude Hermant naar Frankrijk overgebracht zijn [4]

Onze lezers herinneren zich dat in 1998 het Voltaire Netwerk de verbazingwekkende activiteiten van de ordedienst van het Front National, de Afdeling Bescherming en Veiligheid (DPS) had ontdekt. Deze stelde een optekening en een lokalisatie van woonadressen van persoonlijkheden op. Het bleek al spoedig dat een groepje individuen wederrechtelijke activiteiten aan het voorbereiden was. Na menige verwikkelingen hebben we de stichting van een parlementaire onderzoekscommissie vergekregen om deze feiten aan het licht te brengen [5]. De elementen die wij aan het parlement aandroegen, met name over de dubbele taak van de leden van de DPS bij het FN in Frankrijk en in de organisatie van Staatsgrepen in Afrika, kwamen al gauw in botsing met het Militair-Geheim [6]. Overigens veroorzaakten ze een crisis binnen het Front National en diens splitsing, zodat niemand ter verantwoording werd geroepen. Twee jaar later, in 2001, bevestigde één van de oud-leden van het DPS, de al genoemde Claude Hermant, in Libération het bestaan van deze structuur « Action » binnen het DPS [7].

Laten we nu terugkomen op ons werk van 1998-99. We hadden vastgesteld dat in 1972 het « Front National voor de Franse eenheid » in het geheim door Jacques Foucart, toen verantwoordelijk voor de Afrikaanse politiek in het Élysée, gecreëerd was op verzoek van president Pompidou. Het FN werd vanaf het begin geanimeerd door Jean-Marie Le Pen, die een belangrijke rol had gespeeld bij het aan de macht komen van Charles de Gaulle in 1958, alvorens zich tegen hem te keren [8], en door François Duprat, die zich geëngageerd had aan de zijde van Bob Denard in de steun aan Moïse Tchombé in Katanga. Tevens hadden we aangetoond dat in 1984 François Mitterrand en Guy Penne, opvolger van Jacques Foccart in het Élysée, de Europese verkiezingscampagne van het Front National uit de geheime fondsen van de Republiek had gefinancierd. We waren toen tot de conclusie gekomen dat het FN een politieke partij was geweest en nog steeds was die niet de uitoefening van de macht ambieerde, maar een noodzakelijke structuur voor het Élysée vormde, allereerst om op de extreem rechtse persoonlijkheden toezicht te houden, en deze vervolgens opnieuw in de nationale politiek te introduceren.

Wat betreft de DPS, hebben we aangetoond dat die toen geleid werd door Bernard Courcelles, die daarnaast tezelfdertijd lijfwacht was van Anne Pingeot, de metgezellin van François Mitterand, en door Gérard Le Vert. Deze afdeling omvatte intern een geheime structuur van 60 man, allen verbonden aan geheime diensten en daaruit gekozen voor geheime missies, in Afrika hoofdzakelijk. Het is tot deze structuur dat Claude Hermant behoorde. De werkelijke leiding van de DPS was niet in het Front National, maar in het ministerie van Defensie, aan de DPSD, een geheime dienst met bijna dezelfde naam, belast met de legerbescherming.

Op basis hiervan worden de onthullingen van Slobodna Dalmacija zinvol. In januari 2015, toen hij gevangen werd genomen voor « wapensmokkel », heeft Claude Hermant zich voor de rechter gepresenteerd als « informateur » van de Douane en de Gendarmerie. Toen de magistraat vroeg naar details over de wapens die hij verkocht had, heeft hij het Militair-Geheim aangeroepen. De adviserende commissie van het Militair-Geheim, en vervolgens de minister van binnenlandse zaken Bernard Cazeneuve hebben hem gelijk gegeven [9].

Samenvattend behoorde M. Hermant tot een structuur welke, onder het mom van de ordedienst van het Front National, belast was met geheime missies in het buitenland. Vandaag is hij geremunereerd als freelance door de Douane en de Gendarmerie, steeds zonder officieel statuut. Volgens Slobodna Dalmacija, zou hij in Serbië geneutraliseerde wapens hebben aangekocht die in de aanslagen van januari en november gebruikt zijn, en die hij weer gemilitariseerd zou hebben —het dagblad heeft het over resultaten van een microscopische analyse van een vuurwapen die tot nu toe niemand had genoemd—. Hij zou ook wapens aan islamisten in Brussel hebben verkocht. Zijn sluikhandel, hoewel illegaal, is beschermd door het Militair-Geheim.

Laten we hiernaast ook eraan herinneren dat, volgens de Amerikaanse persgroep McClatchy, de killers van Charlie Hebdo, de gebroeders Kouachie, verbonden waren aan de Franse geheime diensten [10]. Tenslotte memoreren we dat Claude Hermant gevangen is gezet op een beslissing van de rechters Stanislas Sandraps en Richard Foltzer van de stad Lille die zijn wapensmokkel onderzoeken, en niet de Parijse rechters Christophe Tessier, Nathalie Poux en Laurence Le Vert; zijzelf nicht van de al genoemde Gérard Le Vert, vroegere baas van Claude Hermant in de DPS.

Als conclusie, hetzij M. Hermant nam deel aan een infiltratieoperatie van cellen die de aanslagen hebben gepleegd zonder dat hun actie werd verhinderd, hetzij, en dat is minder waarschijnlijk, hebben zijn huidige superieuren —waarschijnlijk in het Élysée— zelf deelgenomen aan de organisatie van de aanslagen. Het valt nog vast te stellen waarom en in naam van wie de superieuren van Claude Hermant zo gehandeld hebben.

Vertaling
Bart Ero

[1Some guns used in Paris attacks produced in ex-Yugoslavia’s arsenal”, Aleksandar Vasovic, Reuters, November 28, 2015.

[2“Dealer: Gun linked to Paris attack came through Delray firm”, Associated Press, December 10, 2015. «Dealer: Gun linked to Paris attack came through Delray firm», Pat Beall, John Pacenti & Mike Stucka, Palm Beach Post, December 10, 2015.

[3Correction: Serbia-Paris-Guns story”, Jovana Gec & Dusan Stojanovic, Associated Press, December 18, 2015.

[4«Oružje za Charlie Hebdo prodao hrvatski branitelj», Marijo Kavain, Slobodna Dalmacija, 11 janvier 2016. Version française : « Les armes pour Charlie-Hebdo ont été vendues par un ex-combattant volontaire croate », Traduction Svetlana Maksovic, Réseau Voltaire, 14 janvier 2016.

[5Vous trouverez ici des extraits du rapport présenté par le Réseau Voltaire aux parlementaires, ici le texte des auditions parlementaires, et ici le texte du rapport parlementaire.

[6La Françafrique, le plus long scandale de la République, de François-Xavier Verschave (Stock, 1998).

[8« Quand le stay-behind portait De Gaulle au pouvoir », par Thierry Meyssan, Réseau Voltaire, 27 août 2001.

[9« Les armes de Charlie-Hebdo couvertes par le Secret-Défense », Réseau Voltaire, 17 septembre 2015.