Lolwah Al-Khater

Dit artikel volgt op "Wat schuilt er achter de leugens van Benjamin Netanyahu en de uitvluchten van Hamas", door Thierry Meyssan, 28 november 2023.

De blunder van Lolwah Al-Khater

LolwahAl-Khater, de Qatarese minister voor Internationale Samenwerking, bezocht Tel Aviv op 25 november 2023. Het was de eerste keer dat een Qatarese ambtenaar Israël bezocht. Ze werd ontvangen door het Oorlogskabinet om de problemen met de praktische uitvoering van het akkoord over de uitwisseling van gijzelaars op te lossen. Ze bezocht ook Gaza.

Gewend aan discussies met David Barnea, directeur van de Mossad, lijkt ze zich niet gerealiseerd te hebben dat het oorlogskabinet niet alleen bestaat uit loyalisten van premier Benjamin Netanyahu. Om tijd te winnen nam ze beslissingen in naam van Hamas, maar sprak ze niet met Hamas.

De leden van de voormalige oppositie die deel uitmaakten van het noodkabinet en deze bespreking bijwoonden, waren geschokt toen ze zagen dat ze uit haar rol als bemiddelaar stapte en haar gezagsrelaties met Hamas, de Palestijnse tak van de Moslimbroederschap, onthulde.

Na de vergadering verklaarde Joshua Zarka, adjunct-directeur-generaal voor Strategische Zaken op het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken, dat Israël "zijn rekeningen met Qatar zou vereffenen" zodra het zijn rol als bemiddelaar had beëindigd. Als Qatar bevelen kan geven aan Hamas, kan het zijn verantwoordelijkheid voor de aanval op 7 oktober niet langer verbergen. Het is niet alleen geen bemiddelaar, het is ook een vijand van de Israëliërs.

Laten we even terugkomen op de identiteit van Qatar.

Qatar en de Verenigde Staten

Qatar werd pas in 1971 onafhankelijk van het Britse Rijk. De eerste emir, Khalifa ben Hamad Al Thani, wendde zich toen tot Frankrijk. Hij ontwikkelde zijn land, beducht voor de gemakkelijke inkomsten uit koolwaterstoffen. Maar in 1995 werd hij ten val gebracht door zijn zoon, Hamad ben Khalifa Al Thani. De nieuwe emir tekende gas- en olieovereenkomsten, voornamelijk met Angelsaksische bedrijven (Exxon Mobil, Chevron Phillips, Shell, Centrica), Franse bedrijven (Total), Chinese bedrijven (China National Offshore Oil, CNOOC, Petrochina), Indiase, Zuid-Koreaanse en Japanse bedrijven. Het geld stroomt nu binnen.

In 1996, in de nasleep van de Oslo Akkoorden, richtten Qatar en de Frans-Canadese Joden David en Jean Frydman, vrienden van Yitzhak Rabin en Yasser Arafat, Al-Jazeera op, een Arabisch televisiekanaal om Arabische en Israëlische standpunten met elkaar te confronteren. Het was meteen een succes. De zender, die intellectueel betrokken was bij de vredesbeweging in Israël, werd echter het zwarte schaap van de Verenigde Staten tijdens hun oorlogen tegen Afghanistan en Irak.

In 2002 ondertekenden de Verenigde Staten een militaire overeenkomst met Qatar. Ze vestigden het hoofdkwartier van hun troepencommando voor het Midden-Oosten, CentCom, op de gigantische Al-Udeid basis. Deze biedt onderdak aan 11.000 soldaten en een honderdtal vliegtuigen. Ze trokken hiervoor hun manschappen terug uit Saoedi-Arabië.

Het Pentagon herinnerde de Emir er vervolgens aan dat hij niet in de positie was om hen te trotseren: op een ochtend werd hij gewekt door Special Forces in zijn slaapkamer. Een Amerikaanse officier verzekerde hem dat ze hem zojuist hadden beschermd tegen een denkbeeldige staatsgreep. De Emir begreep de boodschap en voldeed nu aan de eisen van zijn beschermers.

In 2005 werd de aandeelhouders van Al-Jazeera opgeschud door de boycot van Saoedische adverteerders. De gebroeders Frydman trokken zich terug uit de zender. De zender werd volledig gereviseerd door het adviesbureau JTrack. JTrack plaatste broeder Wadah Khanfar aan het hoofd [1], 26 September 2011.]]. Hij censureerde geleidelijk alle kritiek op het "Amerikaanse imperialisme" en ging zelfs zo ver dat ze bepaalde uitzendingen van Amerikaanse misdaden in Irak verwijderde. Al-Jazeera, waarvan verschillende journalisten werden gedood door Amerikaanse troepen en een van de medewerkers werd opgesloten en gemarteld in Guantánamo, werd de spreekbuis van de Angelsaksische mogendheden en gaf een stem aan het soennitische islamisme. In 2009 bezocht Wadah Khanfar de Verenigde Staten, waar hij werd ontvangen door iedereen die tot de heersende elite behoort.

In 2008 troonde de Emir in Libanon een nieuwe president, in strijd met de grondwet, in plaats van de vertrekkende president.

In 2011 werd het hoofd van JTrack, broeder Mahmoud Jibril, plotseling de leider van het protest tegen het regime waarvan hij minister was. De Palestijnse broeder Wadah Khanfar verliet Al-Jazeera om voorzitter te worden van een Turkse denktank, Al-Sharq Forum. De zender werd overgenomen door de premier, Sheikh Hamad ben Jassem ben Jaber Al Thani. Het werd meteen het belangrijkste propagandamiddel van de NAVO in de Arabische wereld. Het gaf een eenzijdig beeld van de conflicten in Libië en Syrië en werd een kanaal voor de Moslimbroederschap. Imam Youssef al-Qaradawi werd de officiële prediker van de zender. Hij legde zijn luisteraars uit dat Mohammed vandaag ongetwijfeld aan de kant van de NAVO zou staan.

Qatar werd de belangrijkste bemiddelaar in het Midden-Oosten. Het onderhandelt over vredesakkoorden tussen Arabieren waar de Verenigde Staten hem dat vragen, in de Westelijke Sahara, in inter-Palestijnse rivaliteiten, in Darfur, Eritrea en Jemen. Maar het kan zijn macht ook gebruiken om oorlogen nieuw leven in te blazen: in 2012 gaf het Soedan, onder broeder Omaral-Bashir, bijvoorbeeld 2 miljard dollar om zijn speciale gezant, generaal Mohammed Ahmed-Mustafa al-Dabi, uit zijn functie te ontheffen [2]. Deze laatste, die tot dan toe alom gewaardeerd werd, niet in het minst voor zijn vreedzame rol in Darfur, was benoemd tot voorzitter van de internationale missie van de Arabische Liga in Syrië. Hij en zijn collega’s hadden toegang tot alles wat ze wilden zien. In een voorlopig rapport kwam hij tot de conclusie dat de westerse media logen en dat er geen revolutie was in Syrië.

In 2013 trad de Emir af ten gunste van zijn zoon, Tamim ben Hamad Al Thani.

De "Golfcrisis

Van juni 2017 tot januari 2021 legden Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten Qatar een blokkade op die de Samenwerkingsraad van de Golf verlamde. Deze Koude Oorlog is verkeerd geïnterpreteerd. Volgens de Financial Times hield het verband met een schimmig verhaal over losgeldbetalingen, en volgens anderen met een verklaring van de emir, sjeik Tamim ben Hamad al-Thani, ten gunste van het politieke gebruik van de islam zoals gepraktiseerd door de Moslimbroederschap en Iran.

In werkelijkheid was de president van de Arabische Republiek Egypte, Abdel Fattah al-Sissi, erin geslaagd om documenten te bemachtigen van het geheime genootschap dat zijn land een jaar lang had geregeerd, de Moslim Broederschap. Als voormalig directeur van de militaire inlichtingendienst had hij ze bestudeerd. Na de toespraak van de Amerikaanse president Donald Trump in Riyad tegen het terrorisme van de Moslimbroederschap (21 mei 2017) begreep hij dat hij er gebruik van kon maken. Hij stuurde de koning het bewijsmateriaal dat hij in zijn bezit had, in de hoop zijn steun te krijgen in zijn strijd tegen de Broederschap. Het bevatte bewijs van een complot van de Broederschap en Qatar om de koning van Arabië, Salmane ben Abdelaziz Al-Saoud, omver te werpen. Dit kwam als een schok voor de koning en zijn zoon: de Broederschap, die het koninkrijk jarenlang had verwend door het een militair budget toe te kennen dat groter was dan dat van zijn eigen leger, gaf zichzelf niet alleen toestemming om Daesh te steunen, maar viel ook de monarch aan.

Op 5 juni 2017 verbraken Saoedi-Arabië, de Verenigde Arabische Emiraten, Egypte en Bahrein, gevolgd door de Jemenitische regering van Abdrabbo Mansour Hadi, de Libische regering van Tobroek, Mauritanië, de Malediven en de Comoren de diplomatieke betrekkingen met Qatar. Deze landen sloten hun land-, lucht- en zeegrenzen voor het emiraat en hielden het zo abrupt in een wurggreep.

De Amerikaanse president Donald Trump koos partij en beschuldigde Qatar van het financieren van "religieus extremisme". Het emiraat wordt gesteund door Turkije, Marokko, Hamas, Iran en Duitsland, waar de nationale leider van de Broederschap, Ibrahim el-Zayat, een zetel heeft op het ministerie van Buitenlandse Zaken. Niger en Tsjaad steunden Saoedi-Arabië.

Saoedi-Arabië, de Verenigde Arabische Emiraten, Egypte en Bahrein stelden een 13-punten ultimatum aan Qatar [3]. Het kwam er op neer dat ze moest breken met de politieke islam en zijn aanhangers, Turkije en Iran.

De crisis werd pas opgelost toen de Amerikaanse president Donald Trump probeerde de Arabische landen met elkaar en met Israël te verzoenen. Hij organiseerde de toenadering tussen Marokko en Israël, en wijde zich daarna aan de Golfcrisis. De controverse rond de politieke islam was gedempt.

Het emiraat Qatar en de Moslimbroederschap

De Broederschap (Ikwan) streeft het doel na dat haar stichter, de Egyptenaar Hassan El-Banna, aan het einde van de Eerste Wereldoorlog had gesteld: het herstel van het Kalifaat [4]. In een brief aan de toenmalige Egyptische premier beschreef hij zijn drie doelstellingen:
 "een hervorming van de wetgeving en de vereniging van alle rechtbanken onder de Sharia ;
 rekrutering in het leger door het invoeren van vrijwillige dienst onder de vlag van de jihad;
 het verbinden van moslimlanden en het voorbereiden van het herstel van het Kalifaat, in toepassing van de eenheid die door de Islam wordt geëist".

De Ikwan is een geheim genootschap georganiseerd naar het model van de United Grand Lodge van Engeland. We weten alleen wat het doet uit de getuigenissen van zijn voormalige leden of uit documenten die tijdens zijn nederlagen in beslag zijn genomen.

Zodra het broederschap was opgericht, zette het milities op om zijn tegenstanders te vermoorden. Het ontwikkelde zich eerst in Egypte, daarna in de hele Arabische wereld en in Pakistan. Het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten deden al snel een beroep op zijn politici (zoals broeder Muhammad Zia-ul-Haq in Pakistan of broeder Mahmoud Jibril in Libië) en zijn milities, zoals Al-Qaeda, Daesh en de Liga ter Bescherming van de Tunesische Revolutie. Zodra hij in het Witte Huis aankwam, benoemde president Barack Obama een lid van de Broederschap, Mehdi K. Alhassani, in zijn Nationale Veiligheidsraad, om een permanente band met de Broederschap te creëren [5].

Toen de Verenigde Staten de Syrische episode van de "Eindeloze Oorlog" begonnen, vroegen ze Hamas om zijn kantoor van Damascus naar Doha te verplaatsen. Toen Saoedi-Arabië in 2014 definitief brak met de Broederschap, kwam Qatar daarvoor in de plaats. Zonder over dezelfde middelen te beschikken als zijn machtige buur, werd het emiraat de grote geldschieter met de goedkeuring van de Verenigde Staten. In 2018 betaalde Qatar de salarissen van Hamas-functionarissen in Gaza. Met de toestemming van Benjamin Netanyahu ging zijn ambassadeur erheen met koffers gevuld met 15 miljoen dollar in kleine coupures, een operatie die elke maand herhaald zou worden.

In 2022 verhief de Amerikaanse president Joe Biden Qatar tot belangrijke niet-NAVO-bondgenoot, een eer die voorbehouden is aan een tiental landen wereldwijd.

De blunder van Golwah Al-Khater toont aan dat Qatar meer is dan dat. Het oefent gezag uit over de politieke en militaire strategie van Hamas.

Vertaling
openbaararchief.nl

[1Wadah Khanfar, Al-Jazeera and the triumph of televised propaganda”, by Thierry Meyssan, Voltaire [[Network

[2Presidency of Arab League seeks to bury own experts’ report”, Voltaire Network, 27 January 2012. “Qatar buys General al-Dhabi’s resignation”, Voltaire Network, 14 February 2012.

[3« Les 13 points de l’ultimatum saoudien au Qatar », Réseau Voltaire, 23 juin 2017.

[4De Moslimbroederschap als moordenaars”, door Thierry Meyssan, Vertaling openbaararchief.nl, Voltaire Netwerk, 13 juli 2021.

[5Muslim Brotherhood member sits at U.S. National Security Council”, Voltaire Network, 26 June 2014.