Generaal John Allen tijdens het Aspen Security Forum.

Op 27 Juli kondigde de New York Times de creatie aan van een veiligheidszone in Syrië door Washington en Ankara om Syrische vluchtelingen die momenteel in Turkije gestationeerd zijn te beschermen [1]. Kort daarop loochende het Witte Huis deze informatie. Ik heb in een voorafgaand artikel uitgelegd dat de New York Times zowel door generaal Allen als door de speciale afgezant voor de Internationale anti-Daesh coalitie en de waarnemende Turkse regering op een dwaalspoor was gebracht [2]. Ik heb eraan herinnerd dat Allen reeds aan twee andere sabotagepogingen van de vrede in Syrië had deelgenomen, in juni 2012 en in december 2014, en dat president Obama drie jaar geleden, in september 2012, geprobeerd had hem te laten arresteren.

Een groot aantal commentatoren hebben deze informatie verbonden aan een andere volgens welke het Pentagon zich van nu af aan permitteert zijn « gematigde rebellen » te steunen als ze worden aangevallen, door wie dan ook. Ze hebben er de sinds lang verwachte Navo campagne tegen de Arabisch Syrische republiek in gezien.

Deze interpretatie is absurd en deze elementen moeten anders opgevat worden.

Tegenovergestelde verklaringen en werkelijkheid op het terrein

Het is namelijk zo dat de Coalitie de formele toezegging heeft gedaan niet het Arabisch Syrische leger maar alleen Daesh —en van nu af aan ook al-Qaeda— in Syrië aan te vallen. Bovendien geeft ze zowel de vliegplannen van zijn bommenwerpers als de missies van zijn grondtroepen door aan het hoofdkwartier van het Arabisch Syrische leger, door de tussenkomst van hun Koerdische bondgenoten van de YPG Volks-beveiligings eenheden. Op deze manier verzekert de Coalitie zich er van tevoren van dat zijn vliegtuigen niet worden neergeschoten door de Syrische jachtvliegtuigen, maar dat ze aan hetzelfde doel als het Syrische regeringsleger meewerken zonder verdere coördinatie.

Officieel nemen de Britten en de Fransen niet aan de operaties op Syrisch gebied deel. We weten echter dat dit maar schijn is. Al sinds maanden bombarderen deze naties Daesh in Syrië. Enkele dagen geleden was de Britse minister van Buitenlandse zaken voor het Lagerhuis gedwongen de waarheid toe te geven [3]. Zijn Franse homoloog, die niet aan dezelfde politieke pressies is onderworpen, blijft de feiten ontkennen. Daarenboven hebben de Britten 120 SAS Special Air Service op de grond ingezet om de luchtaanvallen te sturen [4]. Omdat dit werk bijzonder riskant is voor vreemdelingen die het terrein niet kennen, heeft het Pentagon 60 « gematigde Syrische rebellen » gevormd om ze daarin te helpen. 54 zijn het Syrisch gebied binnengegaan en werden meteen door al-Qaeda aangevallen.

Het is grotesk voor te wenden dat het Pentagon deze 60 strijders heeft gevormd met het doel de honderdduizenden soldaten van het Syrische regeringsleger te overwinnen en de republiek ten val te brengen. Hun functie is op het terrein de doelen voor de bommenwerpers te bepalen.

Het is waar, zoals de Russische minister van Buitenlandse zaken Sergey Lavrov heeft opgemerkt, dat deze aankondiging verkeerd geformuleerd was. De woordvoerder van het Witte Huis had er rekening mee moeten houden dat ze verkeerd geïnterpreteerd zou worden, aangezien een deel van de Amerikaaanse, Franse en Turkse leiders een regelrechte oorlog tegen Syrië wil beginnen. In de praktijk heeft hij liever de tegenstanders het het VS/Iran akkoord willen misleiden.

Het Pentagon heeft trouwens een situatie benadrukt die zich heeft voorgedaan. Zijn 54 « gematigde rebellen » zijn door al-Qaeda aangevallen en het heeft ze verdedigd. En dit terwijl in de loop van de laatste maanden Frankrijk, Saoedi Arabië en Turkije al-Qaeda in Syrië gepoogd hebben te rehabiliteren als een aanvaardbaar alternatief van Daesh. In tegendeel tot de conclusies van talrijke commentatoren heeft het Pentagon door het tegelijkertijd bombarderen van Daesh en al-Qaeda, hetgeen nieuw is, en in werkelijkheid koren op de molen van de Arabisch Syrische republiek, in overeenstemming met zijn akkoord met Iran.

Geostrategische principes

Laten we nu tot de kern van de zaak komen. Deze door generaal Allen behendig tijdens het Aspen Security Forum en door Turkije gefabriceerde polemiek heeft als doel in een radicale verandering van de Amerikaanse politiek te laten geloven. Washington, na lang te hebben geaarzeld zich in een open oorlog tegen Syrië te storten, zou zich er tenslotte toe hebben besloten. Syrië, zoals hiervoor Libië, zou spoedig gebombardeerd worden en men zou eindelijk van president Bashar-el-Assad af zijn.

Als dit inderdaad het geval was, zouden we in een wereldoorlog zijn gestort.

Inderdaad, tot vier keer toe hebben Rusland en China in de Veiligheidsraad hun veto gesteld tegen resoluties voor een toestemming of een voorbereiding van een aanval op Syrië. Met het stellen van hun veto hebben Moskou en Peking zich niet beperkt tot het niet steunen van deze resoluties. Ze zijn in conflict getreden met de auteurs van deze projecten. Ze hebben verklaard dat ze bereid waren oorlog tegen hen te voeren als ze toch unilateraal tot de daad overgingen.

Het eerste veto, op 4 oktober 2011 kwam als een verrassing voor Washington. De tweede, op 4 februari 2012 heeft het overtuigd ervan af te zien met Syrië net zo te handelen als met Libië. Frankrijk, Qatar en Turkije hebben besloten de oorlog weer te lanceren en hebben twee andere resolutie-projecten gedeponeerd op 19 juli 2012; en op 22 maart 2014 over de aan de Republiek toegeschreven misdaden tegen de menselijkheid. Ze werden door dezelfde veto’s geweigerd.

De Franse, Qatari en Turkse verklaringen volgens welke diplomaten zich toeleggen op het overtuigen van hun Russische vrienden Bashar el-Assad te laten vallen zijn zwakzinnig, en de recente uitspraken van Barack Obama over een evolutie van de Russische en Iraanse posities zijn niet veel meer waard. De Amerikaanse president van zijn kant doelde er evenwel op de opponenten tegen het met Iran overeengekomen akkoord in slaap te sussen.

Maar we hebben het hier niet over Iran. Alleen over de twee permanente machten van de Veiligheidsraad Rusland en China.

De Russische en Chinese belangen

De positie van Moskou en Péking is noch een anti-Westerse vermetelheid, noch een solidariteit tussen dictaturen — want zo kwalificeren de Westerse mogendheden de regiems van deze Staten. Het is een geostrategische kwestie die in eeuwen geschiedenis geworteld is. Het is alles behalve aliëneerbaar.

De Russische aanwezigheid in de Middellandse Zee en in het Midden-Oosten hangt af van een regiem in Damascus dat de religieuze diversiteit respecteert. Deze zou onmogelijk zijn in het geval van een machtsovername door het Moslimbroederschap of welke andere groep van deze Islamitische stroming dan ook. Dit was al het geval in de tijd van Tsarina Catharina II, die verklaarde Syrië te zien als de sleutel van het Nabije-Oosten voor Rusland en dat is nog steeds het geval voor president Poetin. Bovendien voelen de Russen, die over het algemeen orthodox zijn en eronder hebben geleden, zich solidair met de in meerderheid orthodoxe Syrische christenen.

Zeker, Rusland was niet altijd in staat zijn belangen te verdedigen. Zo weigerde het in 2005 het Syrische voorstel om de haven Tartous en 30 km kuststrook te bezetten voor zijn Middellandse Zee vloot —Damascus hoopte zo de oorlog, die Washington begonnen was voor te bereiden lang voor de Arabische lente— te vermijden. Maar in die tijd had het geen vloot meer in de Middellandse Zee, sinds de inzinking van de USSR. Vandaag heeft het land zich hersteld en zijn zeemacht weer opgebouwd, en gebruikt daadwerkelijk de haven Tartous.

Om zich te ontwikkelen gaat de Chinese handel ervan uit dat de continentale routes die China met het Middellandse zeegebied verbinden, beveiligd zijn. In de Middeleeuwen bouwden de Chinezen de « Zijderoute » die de toenmalige hoofdstad Xi’an aan Damascus verbond. De Omeyyaden, die de Islamitische godsdienst gefundeerd hebben, zagen erop toe de andere lokale godsdiensten, judaïsme, mandeïsme en christendom te beschermen. Toen ze hun macht over midden-Azië, tot aan Xin Qiang hadden uitgebreid, deden ze hetzelfde voor de religies van het Verre Oosten —ze waren toen ver van het sektarisme van de huidige Islam—. Tegenwoordig nog bidden alle religies in de Grote Moskee van Damascus, en één van haar mozaïeken vereert een Chinese pagode. Om zich te ontwikkelen poogt het huidige China de « zijderoutes » te herbouwen. Ten dien einde heeft ze juist de Aziatische Investeringsbank (AIIB) opgericht.

Maar opdat hier geen misverstand over besta: de strategische steun van Moskou en Peking aan Damascus betekent in het geheel niet dat ze hun troepen zullen sturen om Syrië te beschermen tegen de jihadisten die het land uitmergelen —ze hebben dat niet gedaan en zullen dat ook niet doen—; ze zullen alleen de legers van de Westerse machten niet de Arabisch Syrische republiek laten vernietigen.

Van hun kant zijn de Verenigde Staten de dominerende en globale macht omdat ze ertoe dwingen dat de globale handel hoofdzakelijk over de zeeroutes gevoerd wordt, en met de hulp van het Verenigd Koninkrijk hebben ze alle oceanen onder controle en beveiligen ze ze. Hierdoor beschouwt Washington het essentieel voor het behoud van zijn macht alle pogingen tot continentale routes te saboteren [5]. De chaos in Irak en de val van Palmyre snijden de zuidelijke communicatieweg, terwijl de chaos in Oekraïne de noordelijke route afsnijdt.

In het Syrische conflict steunen de Westerse mogendheden de Moslimbroeders, terwijl Rusland en China de profane republiek steunen.

De illusies van Frankrijk, Saoedi Arabië en Turkije

De Turkse regering, die beslist niets van politiek begrijpt, heeft twee keer geprobeerd de Verenigde Staten tot een regelrechte oorlog te dwingen. 11 Mei 2013 heeft ze een grote aanslag in Reyhanlı veroordeeld, welke ze aan de Syrische geheime diensten toeschreef. Recep Tayyip Erdoğan is naar president Obama gesneld om zich te beklagen. Maar deze was er van tevoren door de CIA van op de hoogte gesteld dat de aanslag, die het leven kostte aan 51 Turken en die er 140 van verminkte, een mise en scène was van de Millî İstihbarat Teşkilatı (MIT), een operatie onder valse vlag van de Turkse geheime diensten. Trouwens sindsdien werden de hiervoor verantwoordelijken tot ontslag gedwongen.

M. Erdoğan heeft vier maanden later gerecidiveerd, met hulp van het Parijse Elysée, met de chemische aanval van de Ghoutta van Damascus, 21 Augustus 2013. Ze werden onmiddellijk door de Britse MI6 ontmaskerd die zich gehaast heeft zijn Amerikaanse vrienden hiervan te verwittigen. Door een behendige mise en scène in het Lagerhuis hebben Londen en Washington Ankara en Parijs aan hun misdaden en grootspraak overgelaten.

We kunnen discussiëren over de capaciteiten van de Obama administratie om diens nieuwe bondgenootschap-strategie met de Sjiitische geestelijkheid te verdedigen, of over die van de Amerikaanse tegenstanders om de Strauss-strategie van reorganisatie van het « Groot Midden-Oosten » en algehele chaos voort te zetten. Maar hoe het ook zij, zomin de enen als de anderen zullen van een oorlog via jihadisten als tussenpersonen overgaan tot een conventioneel conflict. Het is absurd om te denken dat Washington zich in een derde wereldoorlog met Rusland en China zou storten met als enig doel president Bashar el-Assad door de het Moslimbroederschap te vervangen.

Vertaling
Bart Ero

[1« Turkey and U.S. Plan to Create Syria ‘Safe Zone’ Free of ISIS », Anne Barnard, Michael R. Gordon & Eric Schmitt, The New York Times, July 27, 2015.

[2Clinton, Juppé, Erdoğan, Daesh en de PKK”, door Thierry Meyssan, Vertaling Bart Ero, Voltaire Netwerk, 3 augustus 2015.

[3« Le Royaume-Uni et la France bombardent Daesh en Syrie », Réseau Voltaire, 21 juillet 2015.

[4SAS dress as ISIS fighters in undercover war on jihadis”, Marco Giannangeli and Josh Taylor, Sunday Express, August 1, 2015.

[5The Geopolitics of American Global Decline”, by Alfred McCoy, Tom Dispatch (USA), Voltaire Network, 22 June 2015.